Over haperende neerhalers en een (bijna) uit de bocht gevlogen voorzitter

Gaat U er maar even voor zitten....

Wederom ’gejat’ van de Friese Vlootapp: een verslag van de twee trainingsdagen vanuit het Sneekermeer neergepend door een razende, als door Simon Vestdijk geïnspireerde, Brabandse Fries dan wel Friese Brabander....


Donderdag om elf uur zou de start zijn van een olympische baan of een kruistocht van Sneek naar Langweer maar we liepen een vertraging op van een klein half uurtje omdat een enkele twijfelaar die zich eerst afgemeld had zich te elfder ure toch nog meldde in de haven, nou ja zeg maar gerust na elf uur. 
Nadat de rest van het veld al een proefstart had kunnen maken tussen de vaargeul en de Sybesloot gingen we toch nog maar es kijken waar vader en zoon bleven, of zouden ze nog aan de koffie zitten? De in eerdere verslagen beschreven stiptheid als die van de klok was even van slag zullen we maar zeggen.

Maar goed, toen uiteindelijk alle bootjes de haven verlaten hadden vormden we het gekkengetal op het water. De afspraak was dat we een hazestart gaan doen en finishen bij het baken aan de ingang van de Noorder Oudevaart. Terwijl zo’n beetje alle bootjes klaar lagen voor de start misten we er nog eentje…. Hans, waar is Hans, het zal toch niet….. nee dit keer waren de overige gasten op het meer gewaarschuwd voor de Grijze Plaag en voeren met een grote boog om de dobberende 563 heen waar Hans andermaal in het vooronder gedoken zat om zijn boot van eerste hulp te voorzien, het begint gewoonte te worden zou je denken.

Bij navraag wat er aan de hand was kwam met een oerschreeuw het antwoord over De  Meer; Myn boat is stikken… wat nou weer? Nou de neerhaler is kapot, maar die gebruik ik toch niet dus we kunnen gewoon starten. (ergens komt me dit bekend voor …)
Goed, alle bootjes zijn compleet en de haas (zonder hoofdletter) kiest koers om over stuurboord voor de groep langs te varen, zich niet geheel bewust van het feit dat niet iedereen zo snel klaar kon gaan liggen en nadat hij alle boten gepasseerd had waren er toch nog een aantal die een paar bootlengtes te kort kwamen voor een gelijke start, altijd lastig zo’n hazestart. Joop (m)opperde nog een herstart maar die wens ging in de wind verloren… samen met de ambities voor een eerste plaats bij de bovenboei, sorry Joop.
11 bootjes waren op weg naar de geïmproviseerde bovenboei helemaal aan de andere zijde van de Poelen. Waar de meeste kozen voor een stuurboordslag richting het eiland hadden de beide neerhaal-ridders elkaar gevonden en maakten dankbaar gebruik van een mooie wind midden op het meer, ja alweer het midden wat beter blijkt te zijn.

Met één lange bakboordslag hadden ze het hele veld het nakijken gegeven. Bouwe die voor de vorm toch maar weer zijn hangbanden had gemonteerd op de plaats waar ze horen, ging er maar weer es goed voor zitten, met de nadruk op zitten, en ging er samen het Hans vandoor en de rest van het veld kon niks anders dan hun volgen richting de Sybesloot. Aldaar aangekomen waren we niet de enigen die door deze engte wilden. Tegemoetkomende motorboten die denken dat ze in een vaargeul varen en dus beginnen te schelden als de met voorrang zeilende olympiajollen hun de weg versperren. Zo jammer dit….
Terug naar de wedstrijd waar Bouwe als eerste door de Sybesloot gaat, op de voet gevolgd door Hans en daarachter op gepaste afstand Sybrand, Onno, Siep, Jelmer, Reinoud, Sytha, Joop, Toon en Gerben. 
Hans en Bouwe kozen wederom het midden van het water en gingen dwars de Poelen over. De achtervolgers waaronder Onno en Siep zagen dit gebeuren en besloten, indachtig het advies van Stefan, geheel fantasieloos achter de gedoodverfde winnaars aan te gaan, daar zit immers de wind.
Met de gedachte dood of de gladiolen koos Sybrand gevolgd door Jelmer en nog een groepje pechvogels voor een lange stuurboordslag onderaan de poelen langs de wal. Dit kan vaak goed uitpakken maar helaas pindakaas, deze keer net even niet. De wind draaide in hun nadeel en even lager lagen ze geparkeerd aan lagerwal, wel een sneu gezicht die compleet stilliggende jollen. Intussen op het meer was het niet heel veel beter.

Bouwe trok zich van de wegvallende wind niks aan en zeilde onverstoord (met hangbanden) verder met Hans in zijn kielzog. Zou hij zijn eerste ééntje van het seizoen noteren? Daarachter, op gepaste afstand zaten Siep en Onno in een onderlinge strijd om de derde plek. Voor beiden een relatief nieuwe situatie.. Daar weer achter deed Reinoud een verwoede poging om naar voren te zeilen; dit was potdomme zijn thuiswater, het leek er op of het hele dorp was uitgevaren om zijn verrichtingen te kunnen zien, zo druk was het op het water, en dan niet verder komen dan een roemloze 5e plaats. Dat kon toch niet waar zijn… verder naar achteren had inmiddels ook Sybrand weer wat wind gevonden en kon Jelmer in vertwijfeling achter zich laten maar een goede klassering zat er niet meer in. Dan maar de strijd aangaan met Toon en Sytha. 
Terug naar de koplopers; Hans had een slimme slag geslagen en met een beetje knijpen langs de kant kon hij als eerste de denkbeeldige lijn bij het baken doorkruisen. En Bouwe? die werd (weer) tweede, Siep en Onno maakten het inmiddels spannend in het allerlaatste slagje waar Onno nog wat wind kreeg en een mooie inhaalslag maakte, helaas kwam hij net een paar meter te kort om derde te worden. Achter in het veld werd nog volop strijd geleverd tussen Sybrand,Toon en Sytha  om de onderlinge eer. Navraag bij laatstgenoemde leverde op dat zij de heren met gemak achter zich liet. Omdat de verslaggever het zelf niet heeft gezien en het allemaal toch wel geloofwaardig klonk heeft hij dit overgenomen in dit verslag. 
Omdat we hadden afgesproken dat we rond 12 uur zouden gaan lunchen werd een plaatsje aan de wal gezocht. Alle steigerplaatsen waren helaas bezet en er restte ons niks anders dan maar voor de wind terug naar het PM-kanaal om het hoogstandje van de ochtend nog een keer te herhalen. Helaas had de wind echter andere plannen en vond het mooi geweest voor vandaag en liet ons in vertwijfeling achter. Waar de voorsten nog net met een beetje wind in de haven konden komen waren de laatsten aangewezen op hun peddel om nog op tijd bij het door Ale verzorgde steigerbier te zijn. Hulde aan de vlootvoogd die er is als je hem nodig hebt (met koud bier!).
Het was een mooie dag. Morgen weer een kans met “iets” meer wind


Vandaag, vrijdag nieuwe rondes nieuwe kansen. Zo dachten ook Fedde, Thies en Rob er over en daarom gingen zij hun geluk maar eens op Sneek beproeven. Thies in een gloednieuwe nr 8, Rob in zijn ‘koopje van het jaar’ en Fedde in de 694 waar inmiddels het nieuwe net vanaf is. Aangevuld met een handjevol friezen gingen we wederom als gekken het water op, met 11 man dus. Alleen de samenstelling was iets anders. Sytha had met Luut geruild, Hans met Pier Thomas, Reinoud met Mark, Gerben met Thies,Toon met Rob en Bouwe met Fedde (volgt u het nog?) de rest van de selectie was dezelfde als zaterdag. Dit keer was Onno de haas en nu wel iedereen op tijd klaar lag ging de strijd over dezelfde baan richting hetzelfde einddoel. De wind liet zich van haar vriendelijke kant zien en kantjeboord gingen we richting de Sybesloot. Al snel was duidelijk dat de actie van Thies om te investeren in een nieuwe boot hem geen windeieren had gelegd; hij ging als eerste door de Sybesloot op de voet gevolgd door Pier Thomas, Onno en Siep en Sybrand.

Vanwege iets ander weer en ca 10 graden minder op de thermometer was het een stuk rustiger in de Sybesloot en konden we redelijk rustig ons kruisrak voltooien voordat we de Poelen op gingen. Dit keer kozen de meeste  boten voor een lange slag over stuurboord langs de wal. Nog steeds lag Thies voorop maar de achtervolgers klopten aan zijn deur. Pier Thomas en Onno zaten weliswaar iets lager maar Thies zag hen achter zijn voorstag, dat werd nog spannend, als hij achter zich keek zag hij Siep op een tiental meters. Donders die verrekte Friezen hadden ook niet stil gezeten met de corona!

Waar Thies en Pier Thomas meer aan de “onderzijde” hun weg vervolgden kozen Onno en Siep het midden op in een poging om een plaatsje te winnen. Hoewel ze onderling een mooie strijd leverden waren inmiddels de plaatsen 1 en 2 wel duidelijk en kon Onno een derde plaats noteren op de voet gevolgd door Siep en Luut. Direct daar weer achter Sybrand, Rob, Fedde, Jelmer, Joop en Mark (volgorde zou ook anders kunnen zijn, dus reken me daar niet op af) maakten het klassement compleet.
De dan nog vriendelijke wind blies ons terug naar de Saltpoel, genoeg tijd voor een broodje en een praatje. Pier Thomas zei dat de wind toch niet heel veel voorstelde als het zo bleef. Een goed uur later zou hij daar héééél anders over denken. Rob memoreerde dat zijn corona ervaring toch wel de nodige sporen had achtergelaten en hij conditioneel nog wel wat in te halen had.
Aangekomen op de Saltpoel volgde een herstart met Sybrand als haas die voor de gelegenheid er ook maar overeenkomstig vandoor ging. Harde wind is wel zijn ding en het had er alle schijn van dat een herhaling van vorige week op Grou zou volgen. Thies, onwetend van deze overmacht, gaf zich echter niet 123 gewonnen. Direct daarachter volgenden Onno en Fedde met daar weer achter Luut, Pier Thomas, Rob en de rest van het veld.

We wurmden ons door De Klok de Poelen op. Het was inmiddels gestopt met rustig waaien en hangbanden kregen het stevig te verduren. Sybrand en Thies hadden een mooie voorsprong genomen op het veld gevolgd door Onno Fedde. Pier Thomas, Luut en Siep. Laatst genoemden leverden een mooie onderlinge strijd waar het voorin het veld wel heel spannend werd. Thies zat Sybrand op de hielen om zijn 2e ‘paaltje’ te noteren. Sybrand dacht daar echter heel anders over en wist de 631 als eerste over de lijn te brengen met direct daarachter dus de 8 van Thies, Fedde, Onno en Pier Thomas. Siep kon Luut nog net voor zich houden maar laatstgenoemde had wel de ‘handicap’ van een vreemde boot; de 671 lag bij Cock op de behandeltafel in een verwoede poging om de sporen van de aanvaring op het Pikmeer uit te wissen, maar of dat vandaag iets uitgemaakt had zullen we nooit weten 😊
De nog steeds aanwakkerende wind maakte het voordewindserak terug naar de Saltpoel voor een enkeling tot een spannend avontuur waar hij zo maar eens zwetend van wakker kan schrikken, maar daarover later meer. De wind was inmiddels toegenomen tot eens stevige kracht 5 met uitschieters naar 6 of meer. Luut bleef echter onverstoord lekker onderuit gezakt zijn broodje eten, het voordewindse avontuur van vorige week allang weer vergeten blijkbaar.

Gadegeslagen door de rest van het veld die hem volgde. Waar Luut onverstoorbaar een keurige gijp maakte bleven de meesten onder ons binnen de wind varen; zo had Stefan het ons geleerd, bij 25 knopen of meer kun je prima binnen de wind zeilen, je boot blijft stabiel en de snelheid hoog. Dus ging we allemaal keurig binnen de wind richting de Saltpoel, allemaal keurig behalve één.

Fedde voer al de hele tijd aan de bakboorzijde van het veld en moest met het zeil over stuurboord meer en meer richting stuurboord om zich ook door het gat richting de Saltpoel te wurmen. Met de windvlagen van rond de 25 knopen heeft gijpen niet direct zijn voorkeur dus bleef hij, wellicht tegen beter weten in met het zeil over stuurboord varen. Vlak voor de wal zag het er naar uit dat zich een drama zou voltrekken. Fedde had het binnen de wind zeilen bijna tot een kunst verheven, zij het niet dat zijn zwaard inmiddels de betonblokken van de wal hadden gevonden en lichte paniek zich van hem meester maakte.

Hij stond voor de schierbaar onmogelijke opgave om op ca 1 meter van de wal nog verder af te vallen daarmee een zekere botsing met de betonblokken op de wal af te wenden maar daarmee een klapgijp te riskeren zodat de giek op de blokken zou klappen en de boot ongetwijfeld onbestuurbaar zou worden. Terwijl Fedde zich op mirakuleuze wijze overeind wist te houden doemde het volgende obstakel op; de aldaar aanwezige steiger lag op ramkoers en met nog een paar meter te gaan leek een botsing met rampzalige gevolgen onafwendbaar.

In een ultieme poging om eerst de wal en daarna de steiger te ontwijken gooide Fedde het roer om, zag zijn leven aan zich voorbij flitsen, de onvermijdelijke klapgijp had zich inmiddels voltrokken en gaf de jol daarmee de mogelijkheid om nog heel snel van koers te veranderen om daarmee zowel de betonblokken als de steiger rakelings te passeren. De giek maakte nog en klap tegen de steiger en een seconde later eindigde dit avontuur met een omgeslagen boot maar daar bleef het ook bij.

Luut was inmiddels rechtop in de boot gaan zitten om dit schouwspel met stijgende verbazing  gade te slaan; hij was er zeker van (evenals de verslaggever) dat de 694 zijn laatste rak had gevaren; de aanvaring had ongetwijfeld de halve voorkant van de boot beschadigd. Gelukkig kent het verhaal een goede afloop; waar Fedde ongetwijfeld een deuk in ziel kreeg kwam de boot er zonder enige schade vanaf; een waar kunststukje!
Omwetend van dit spektakel vliegt de rest van de vloot in (inmiddels) een ruime winds plané rak richting het Heregat waar een derde herstart volgt met de finish bij het Jousterslootje alwaar het moederschip van Joop op ons ligt te wachten.
Jelmer werpt zich op als haas als de complete vloot weer ligt te wachten op een mooi kruisrak over het Sneekermeer waar de wind vrij spel heeft en ons plaagt met uitschieters tot 28 knopen.

Zoals gebruikelijk is de start er eentje met de nodige onderlinge duellen maar uiteindelijk weet een ieder het ruime sop te kiezen. Aanvankelijk gaat de vloot over stuurboord het meer op maar bootje voor bootje kiest de koers richting de wal van de Lytse Griene. Bijna allemaal, alleen Siep en Mark, niet geheel succesvol uit de start gekomen kiezen voor het meer en (alweer) blijkt dit een prima keuze.

Waar ze in eerste instantie zo’n beetje de hele vloot over bakboord voor zich langs zien kruisen, halen ze in een mooie slag het hele veld weer in en ter hoogte van de uitgang van de Sybesloot liggen de kaarten ineens weer heel anders op tafel. Mark ligt op het meer, Thies langs de wal, met direct daarachter Siep en Pier Thomas die boord aan boord een mooie maar verbeten strijd voeren om de meters.

Aangezien de wind nu serieuze vlagen laat zien moet er maximaal gehangen worden en wordt ieder foutje meteen afgestraft. Siep ziet zijn  plaatsje door een foute overstag manoeuvre, waarbij zijn schoot los schiet, verloren gaan en Luut moet door een losgeschoten blok aan de giek de strijd opgeven. Inmiddels zeilt Mark onverstoord voorop op de voet gevolgd door Thies, Sybrand, Onno en de rest. De 8 lag weliswaar ruim voor Mark maar wist blijkbaar niet waar het moederschip van Joop bij het Jousterslootje precies lag. Als niet-Fries begin je nu eenmaal met een handicap.....
Aangezien er die middag nog meer wind verwacht wordt kiezen we er voor om in een mooi planeerrak richting de haven te gaan waar wederom de vlootvoogd ons opwacht met steigerbier en pinda’s. Het was een mooie strijd.

Logo Vloot Friesland Logo Vloot Friesland